Helleborus orientalis ‘Picoté’
Eindelijk weer eens wat foto’s van mijn eigen tuin op de Veluwe.
In het boeketje zie je de hoofdrolspelers van dit mooie vroege voorjaar, Vergeet-mij-nietjes (Myosotis), Judaspenning (Lunaria), vroegbloeiende Ooievaarsbekken (o.a. Geranium phaeum en macrorrhizum), Elfenbloempjes (Epimedium), knikkend Nagelkruid (Geum), gebroken hartjes (Dicentra) en verschillende soorten Wolfsmelk (Euphorbia) waaronder de prachtig bronskleurige Euphorbia griffithii ‘Dixter’.
voorjaarsboeket
Dit jaar had ik mij beperkt tot 2 soorten tulpen, ‘Boston’ en ‘Claudia’ en dat beviel heel goed, de licht gelige en paarsige tinten pasten prachtig bij de narcissen en het frisse opkomende groen. De blauwe bloemtros op de voorgrond in het boeket is Mertensia verginica, een plant die vroeg in het voorjaar tevoorschijn komt met heerlijke sappige blaadjes (vinden de slakken ook, maar dit jaar geen last van gehad) de bloei is eerst rozig blauw en later van het blauwste blauw dat je maar kan verzinnen. Hij lijkt op het gelijktijdig bloeiende Longkruid (Pulmonaria) maar is in alle opzichten een stuk verfijnder. Na de bloei verdwijnt de hele plant weer onder de grond dus je moet goed onthouden waar je hem neerzet!
Hoewel tuinieren meer met cultuur dan natuur te maken heeft, hou ik er van om mét de natuur te tuinieren en combineer ik wilde en gecultiveerde planten met elkaar. Ik laat me graag verrassen door planten die spontaan opkomen, bevallen ze niet dan trek ik ze eruit. In mijn bostuin staat nu overal het prachtige statige vingerhoedskruid (digitalis) en de Pluimpapaver (Macleaeya cordata), een van mijn favoriete bladplanten, met witte stengels en blauwige grote bijzonder gevormde bladeren. Ze staan rondom aan de randen van mijn tuin als architectonische wachters.
Digitalis
het grote blad van de Macleaya cordata
‘Aanwaaiplanten’ zoals Koekoeksbloemen (Lychnis), Vergeet-mij-nietjes (Myosotis), Fluitenkruid (Anthriscus sylvestris), gele en oranje Schijnpapavertjes (Meconopsis cambrica) laat ik staan waar ik ze mooi vind en de rest (veel!) trek ik uit de grond, ik ben er toch van verzekerd dat ze ieder jaar terug komen.
Waar ik rigoureuzer mee ben is springbalsemien, honderden heb ik eruit getrokken, hoewel ik ze best leuk vind (en laatst hoorde dat je de zaden kan eten!), zijn het er zo ongelooflijk veel en onttrekken ze veel vocht uit de toch al snel droge zandgrond dat ik ze alleen op achteraf plekjes, waar verder niet veel wil groeien, laat staan.
Heel benieuwd ben ik naar mijn probeersel van dit jaar om een schermbloemen tuintje aan te leggen met vaste maar ook veel eenjarige schermbloemen.
Ik ben altijd al dol op schermbloemen geweest en stel mij een tuintje van ‘kant’ voor, met hier en daar bijvoorbeeld wat donkerrode Scabiosa of Cosmea erdoor heen als accenten, of het wordt wat ik in mijn hoofd heb moet nog blijken maar het fantaseren hierover is al heerlijk!
Ik heb o.a. gezaaid en geplant:
Dille (Anethum graveolens), Kantbloem (Ammi majus & visnaga) Venkel (Foeniculum vulgare & Giant bronze), Valeriaan (Valeriana officinalis) Engelwortel (Angelica gigas en ‘Vicars mead’), Karwijselie (Selinum wallichianum) Pastinaak (Pastinaca) en paars/roze bloeiende wortel, Daucus carota ‘Dara’ en ‘Black knight’. Later meer hierover met hopelijk mooie foto’s van het resultaat!
Ondertussen ben ik weer druk bezig met het verzamelen en drogen van planten. In Amsterdam ga ik vaak naar braakliggende gebieden waar veel wilde planten groeien en kwam er achter dat wilde planten vaak veel grilliger en spannender vormen hebben om te drogen dan gecultiveerde planten. ‘Onkruid’ is naar mijn smaak ook vaak een beetje een denigrerende term voor planten die zich ergens gewoon goed thuis voelen en zich uitzaaien of door middel van wortelstokken uitbreiden, in ieder geval kijk ik inmiddels met heel andere ogen naar ‘onkruid’ dan vroeger.
tuin van judith 